Behandelde onderwerpen in deze nieuwsbrief:
Minimumloon per 1 juli 2012
Het bruto minimumloon en het minimumjeugdloon wordt per 1 juli 2012 verhoogd met 0,66% (afgerond).
Voor werknemers vanaf 23 jaar geldt het volgende minimumloon.
a. € 1.456,20 (per maand);
b. € 336,05 (per week);
c. € 67,21 ( per dag).
Voor werknemers vanaf 15 jaar tot en met 22 jaar gelden de minimumlonen bij een volledig dienstverband zoals in onderstaande tabel is afgebeeld:
Leeftijd | Staffeling | Per maand | Per week | Per dag |
22 jaar | 85,0% | € 1.237,75 | € 285,65 | € 57,13 |
21 jaar | 72,5% | € 1.055,75 | € 243,65 | € 48,73 |
20 jaar | 61,5% | € 895,55 | € 206,65 | € 41,33 |
19 jaar | 52,5% | € 764,50 | € 176,40 | € 35,28 |
18 jaar | 45,5% | € 662,55 | € 152,90 | € 30,58 |
17 jaar | 39.5% | € 575,20 | € 132,75 | € 26,55 |
16 jaar | 34,5% | € 502,40 | € 115,95 | € 23,19 |
15 jaar | 30,0% | € 436,85 | € 100,80 | € 20,16 |
Het bruto minimumloon per 1 juli 2012, per gewerkt uur bij een 36-, 38- en 40-urige werkweek
(incl. 0,66% verhoging):
Leeftijd | 36 uur / week | 38 uur / week | 40 uur / week |
23 jaar en ouder | € 9,33 | € 8,84 | € 8,40 |
22 jaar | € 7,73 | € 7,52 | € 7,14 |
21 jaar | € 6,77 | € 6,41 | € 6,09 |
20 jaar | € 5,74 | € 5,44 | € 5,17 |
19 jaar | € 4,90 | € 4,64 | € 4,41 |
18 jaar | € 4,25 | € 4,02 | € 3,82 |
17 jaar | € 3,69 | € 3,49 | € 3,32 |
16 jaar | € 3,22 | € 3,05 | € 2,90 |
15 jaar | € 2,80 | € 2,65 | € 2,52 |
Vrije ruimte werkkostenregeling
De werkkostenregeling houdt in dat een werkgever een forfaitaire ruimte (vrije ruimte) heeft van een bepaald percentage van het totale fiscale loon, die hij mag gebruiken voor onbelaste onkostenvergoedingen en verstrekkingen aan zijn personeel.
De werkkostenregeling is nu nog optioneel, maar vanaf 2014 is deze verplicht voor alle werkgevers.
De vrije ruimte van de werkkostenregeling gaat in 2013 omhoog van 1,4% van het fiscaal loon, naar 1,6%. In 2014 stijgt dit percentage verder naar 2,1%.
Punten uit het begrotingsakkoord
In het begrotingsakkoord van VVD, CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie wordt een aantal maatregelen van het kabinet Rutte teruggedraaid. Ook wordt er op een aantal punten juist geïnvesteerd.
Zo komt er € 100 miljoen extra beschikbaar voor het openbaar vervoer, en € 100 miljoen voor het passend onderwijs. Ook was al bekend dat voor natuur € 200 miljoen beschikbaar komt. Het leenstelsel voor de Masterfase van de studie wordt teruggedraaid en de basisbeurs blijft behouden.
Voor het verbeteren van de kwaliteit van leraren is € 75 miljoen vrijgemaakt, naast de € 30 miljoen voor het onderwijs.
Bier
Bier wordt duurder; de accijnzen gaan met 10% omhoog. Wijn kan rekenen op 15% meer accijns, en sterke drank op 6%. De afschaffing van de frisdrankbelasting die was voorzien voor 2013, gaat niet door.
Ook sigaretten gaan meer kosten. Een pakje met 19 sigaretten wordt 35 cent duurder. Shag wordt extra belast met 60 cent.
Woningmarkt
Huurders met een inkomen van € 33.000 tot € 43.000 kunnen vanaf 2013 een huurstijging van 1% plus de inflatie tegemoet zien. Ook komt er vanaf 2013 een verhuurdersbelasting.
Zorg
In de zorg lekte de belangrijkste afspraak over de verhoging van het eigen risico naar € 350 eerder al uit.
Opmerkelijk zijn daarnaast twee afspraken die voornamelijk de ouderen zullen raken: de rollator zal uit het basispakket verdwijnen en voor gehoortoestellen moet een eigen bijdrage van 25% worden betaald.
De eerder voorgenomen bezuinigingen op het persoonsgebonden budget zullen worden verzacht. Het vermogen gaat grotere rol spelen bij hoogte van de AWBZ en WMO. De vermogensinkomensbijtelling gaat omhoog van 8 naar 12%.
De vergoeding van de vervoerskosten naar instellingen voor dagbesteding en behandeling in groepsverband gaat omlaag. De tarieven worden op gelijke hoogte gebracht.
Kinderbijslag
Zoals eerder was afgesproken blijft de kinderbijslag in 2013 en 2014 bevroren. Gezinnen met een verzamelinkomen van € 125.000 en hoger krijgen geen kinderopvangtoeslag meer.
De geplande eigen bijdrage voor kinderopvang van € 15 per huishouden per maand gaat niet door. Er komt wel een proportionele aanpassing van de eigen bijdrage via de eerste kindtabel.
AOW-leeftijd
De verhoging van de pensioenleeftijd begint volgend jaar al. In 2019 ligt de AOW-leeftijd op 66 jaar en in 2023 op 67 jaar. Dat laatste is een jaar eerder dan de vijf partijen eerder van plan waren.
Dit wordt bereikt door de pensioenleeftijd van 2013 tot 2015 per jaar met 1 maand te verhogen en daarna elke drie jaar met 2 maanden. In 2019 gaat de AOW-leeftijd bovendien eenmalig met 3 maanden omhoog en daarna elk jaar met 4 maanden. Vanaf 2023 wordt de pensioenleeftijd gekoppeld aan de levensverwachting.
Tot 2015 kunnen mensen gebruik maken van een overgangsregeling door vanaf hun 65e een voorschot op de AOW aan te vragen. Voorwaarde is wel dat dat geld op korte termijn wordt terugbetaald.
WW en ontslagrecht
De duur en hoogte van de WW-uitkering blijft ongewijzigd, maar werkgevers gaan de eerste zes maanden van de werkloosheidsuitkering voor hun rekening nemen. Het UWV betaalt de WW dan uit en verhaalt vervolgens de kosten op de werkgever. Volgend jaar gaat de WW-premie voor werkgevers tijdelijk omhoog. Verder wordt de doorwerkbonus afgeschaft.
Ook het ontslagrecht wordt aangepakt. Er komt één nieuwe wettelijk vastgelegde ontslagprocedure voor contracten voor onbepaalde tijd.
Ontslagvergoedingen worden omgezet in een persoonlijk budget, dat werknemers kunnen gebruiken voor scholing en werk-naar-werk-trajecten. De budgetten worden bovendien gemaximeerd. Vanaf 2014 is een kwart maandsalaris per gewerkt jaar de norm voor ontslagvergoeding, tot een maximum van een half jaarsalaris.
Bedrijven
Werkgevers gaan tijdelijk 16% extra belasting betalen bij lonen boven de € 150.000. Ook worden vertrekbonussen vanaf € 531.000 belast tegen 75%. De lastenverlichting die aan bedrijven was beloofd van € 430 miljoen, zal niet worden uitgekeerd.
De bankenbelasting wordt verdubbeld naar € 600 miljoen.
Belastingen
Zoals al bekend gaat het hoge BTW-tarief in oktober van 19 naar 21%. Dat wordt gecompenseerd met lagere inkomsten- en loonbelasting van € 1,5 miljard.
Zo worden de tarieven van de eerste en tweede schijf met 0,4% verlaagd naar 1,55% resp. 10,4%. De arbeidskorting krijgt een maximum van € 70.
De btw-verhoging wordt verder vanaf 2014 nog gecompenseerd met vergelijkbare maatregelen, evenals de hogere aardgasheffing, leidingwaterbelasting, kolenbelasting, rode diesel en afschaffing van het eurovignet. De gebruikelijke inflatiecorrectie voor de belastingschijven wordt opgeschort.
Voor de beeldende- en de podiumkunsten gaat het btw-tarief weer omlaag naar 6%. De ingevoerde btw-verhoging van 6 naar 19% op theaterbezoek wordt vanaf juli 2012 teruggedraaid.
Ambtenaren
Het salaris voor ambtenaren en onderwijspersoneel wordt de komende twee jaar niet verhoogd. Alleen personeel in de zorg is uitgezonderd van deze nullijn. Verder gaat de prestatiebeloning in het onderwijs niet door.
De rijksoverheid moet daarnaast de eigen uitgaven met een half miljard euro verminderen. De ministeries moeten dit bedrag nog nader invullen.
Lagere overheden moeten vanaf volgend jaar verplicht schatkistbankieren zonder leenfaciliteit. Zo worden gemeenten, provincies en waterschappen gedwongen om zaken te doen met het rijk. Daardoor moet de staatsschuld omlaag gaan.
Overige
De plannen met betrekking tot beperking van de hypotheekrenteaftrek en de belaste vergoeding voor woon-werkverkeer worden ná de verkiezingen van 12 september behandeld, omdat deze plannen verdere technische uitwerking behoeven.
IBAN
Uw rekeningnummer bij de bank gaat wijzigen. Uw huidige bankrekening wordt een zgn. IBAN-nummer. IBAN betekent International Bank Account Number. Het toekomstige IBAN-nummer bestaat uit de cijfers van uw huidige bankrekening met hieraan voorafgaand een landcode, een bankcode en een controlegetal.
Momenteel worden alle betalingen op nationaal niveau geregeld tussen de banken onderling. Binnen Europa zorgt dit voor veel verschillende soorten betaalmiddelen en financiële verkeersstromen. Dit is erg kostbaar en onpraktisch. Daarom is gekozen voor een Europees betaalsysteem voor alle binnenlandse- en grensoverschrijdende eurobetalingen (SEPA).
Om de overgang van uw bankrekeningnummer naar het IBAN-nummer zo soepel mogelijk te laten verlopen, zullen alle banken en instanties op verschillende momenten over op de IBAN, zodat per
1 februari 2014 alleen nog met een IBAN-nummer betalingen gedaan kunnen gaan worden.
Uw bank zal u in de toekomst hierover verder informeren.
Op www.ibanbicservice.nl/SingleRequest.aspx kunt u vast kijken hoe uw bankrekeningnummer er in de toekomst uitziet.