Meer Nieuws

Nieuwsbrief van 30 juni 2016

Behandelde onderwerpen in deze nieuwsbrief:

 

Minimumloon per 1 juli 2016

Per 1 juli 2016 stijgt het wettelijk minimumloon met 0,82% ten opzichte van 1 januari 2016. Het bruto minimumloon en de minimumjeugdlonen bij een volledig dienstverband zijn per
1 juli als volgt (in €):

Leeftijd % v/h minimumloon Per maand Per week Per dag
23 jaar+ 100% € 1.537,20 € 354,75 € 70,95
22 jaar 85,0% € 1.306,60 € 301,55 € 60,31
21 jaar 72,5% € 1.114,45 € 257,20 € 51,44
20 jaar 61,5% € 945,40 € 218,15 € 43,63
19 jaar 52,5% € 807,05 € 186,25 € 37,25
18 jaar 45,5% € 699,45 € 161,40 € 32,28
17 jaar 39,5% € 607,20 € 140,15 € 28,03
16 jaar 34,5% € 530,35 € 122,40 € 24,48
15 jaar 30,0% € 461,15 € 106,45 € 21,29

 

Het bruto minimumloon per 1 juli 2016, per gewerkt uur bij een 36-, 38- en 40-urige werkweek (inclusief 0,82% verhoging) bedraagt in €:

Leeftijd 36 uur per week 38 uur per week 40 uur per week
23 jaar en ouder € 9,86 € 9,34 € 8,87
22 jaar € 8,38 € 7,94 € 7,54
21 jaar € 7,15 € 6,77 € 6,43
20 jaar € 6,06 € 5,75 € 5,46
19 jaar € 5,18 € 4,91 € 4,66
18 jaar € 4,49 € 4,25 € 4,04
17 jaar € 3,90 € 3,69 € 3,51
16 jaar € 3,40 € 3,23 € 3,06
15 jaar € 2,96 € 2,81 € 2,67

Minister Ascher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is voornemens per 1 juli 2017 de ondergrens voor het volledig (100%) wettelijk minimumloon te verlagen van 23 naar 22 jaar en tegelijkertijd het minimumjeugdloon te verhogen.

 

 

Subsidieregeling praktijkleren

Vanaf 2 juni 2016 tot en met 15 september 2016 kan een subsidieaanvraag ingediend worden voor de Subsidieregeling praktijkleren voor het studiejaar 2015/2016. Met deze regeling stimuleert het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werkgevers om praktijkleerplekken en werkleerplekken aan te bieden. Met deze regeling kunnen leerlingen, deelnemers, studenten of werknemers die een beroepsopleiding volgen, zich beter voorbereiden op de arbeidsmarkt en beschikken (toekomstige) werkgevers over beter opgeleid personeel.

Het doel van de subsidieregeling is een tegemoetkoming in de kosten die werkgevers maken voor de begeleiding van een leerling, student of deelnemer. De regeling richt zich vooral op:

Het maximum te ontvangen bedrag is € 2.700 per gerealiseerde werkplek. Het beschikbare subsidiebudget wordt door het ministerie per onderwijscategorie (vmbo, mbo, hbo en promovendi/toio’s) evenredig over de ingediende aanvragen in die categorie verdeeld.

Voor de aanvraag worden de gegevens gebruikt die al in bezit zijn, zoals de (praktijkleer)overeenkomst. Uiteraard kunnen wij de aanvraag ook voor u indienen of erbij assisteren.

 

 

Identificatieplicht

Een werkgever moet voldoen aan de identificatieplicht, vóór de werknemer aan het werk gaat. Als identificatie-document is geldig een ID-kaart, verblijfsvergunning of paspoort. Een rijbewijs geldt niet als geldig identiteitsbewijs.

Onlangs is het uiterlijk van de paspoorten aangepast. Op de nieuwste versie staat tegenwoordig het BSN (BurgerServiceNummer) op de achterzijde. Dat betekent dat werkgevers voortaan óók de achterkant van de paspoort dienen te controleren en kopiëren en dit kopie te bewaren in de salarisadministratie.

 

 

Eénmalige verhoogde schenking spreiden vanaf 2017

Vanaf 2017 bestaat er weer de mogelijkheid om éénmalig een verhoogde schenking voor de eigen woning te doen van maximaal € 100.000. De eis, dat het moet gaan om een schenking tussen ouders en kinderen, vervalt. Wanneer de schenking wordt gebruikt voor aflossing van een restschuld, vervalt tevens de eis dat de restschuld moet zijn ontstaan na 28 oktober 2012.

De voorwaarde dat de ontvanger tussen de 18 en 40 jaar moet zijn, blijft.

Vanaf 2017 is het mogelijk om de eenmalig verhoogde schenking te spreiden over drie aaneengesloten jaren.

 

 

Ook voor hybride auto 22% bijtelling vanaf 2017

Uit het door de Tweede Kamer aangenomen wetsvoorstel Wet uitwerking autobrief 2.0, blijkt dat voor hybride auto’s met een CO2-uitstoot van 1/50 gr/km, ook een bijtelling van 22% gaat gelden per 1 januari 2017. In het oorspronkelijke wetsvoorstel werd nog gesproken van 17% in 2017 en 19% in 2018. In het huidige wetsvoorstel geldt dus dat alle auto’s vanaf 2017 een bijtelling  hebben van 22%, met uitzondering van volledig elektrische auto’s (4%).

Het vernieuwde bijtellingspercentage geldt voor auto’s die een datum van eerste toelating op de weg hebben vanaf 1 januari 2017.

 

 

SV-plicht voor directeur-bestuurder?

Onlangs heeft het Hof Amsterdam een belangrijke uitspraak gedaan. In de casus waren de heren A en B ieder aandeelhouder van Holding A resp. Holding B. De beide Holdings hadden ieder 50% aandelen van Werk-BV. Holding A en Holding B waren bestuurder van Werk-BV en er werd gewerkt met managementovereenkomsten.

Wanneer Holding A en Holding B ieder 10% van hun aandelen in Werk-BV overdragen aan een derde, blijven de Holdings bestuurder van Werk-BV.

Het geschil in deze is of de heren A en B werknemer zijn van Werk-BV en of ze hierdoor verplicht verzekerd zijn voor de premie werknemersverzekeringen.

Hof Amsterdam neemt nu het standpunt in, dat vanwege het bestaan van een managementovereenkomst, er geen sprake is van een privaatrechtelijke arbeidsovereenkomst van de heren A en B met Werk-BV.  Daarnaast zouden de heren óók niet premieplichtig zijn geweest, daar zij op basis van Regeling 1997 (Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder) als nevengeschikte bestuurders (dga’s) worden beschouwd.

Op basis van Regeling 2016 zou dit echter anders hebben gelegen; in deze Regeling moeten A en B samen álle aandelen bezitten in Werk-BV en dat is na overname door de derde niet meer het geval.

 

Uitfasering Pensioen Eigen Beheer (PEB)

Vlak voor het zomerreces heeft staatssecretaris Wiebes van Financiën zijn voorstel voor het uitfaseren van de Pensioen in Eigen Beheer op tafel gelegd. Hij heeft het voornemen om het bijbehorende wetsvoorstel op Prinsjesdag 2016 te presenteren.

In het huidige voorstel wordt de termijn waarbinnen het PEB fiscaal geruisloos kan worden afgekocht (inkomen Box I) verlengd naar drie jaar, waarbij door middel van kortingen wel wordt gestimuleerd dit zo spoedig mogelijk te doen. Zo zal er in 2017 een korting van 34,5% op de grondslag gegeven worden, in 2018 een korting van 25% en in 2019 een korting 19,5%.

Ter voorkoming van anticipatie-effecten zullen de balanswaarden van ultimo 2015 als uitgangspunt dienen.

Directeur-grootaandeelhouders (DGA) die gebruik gaan maken van de mogelijkheid tot beëindiging van het PEB, zien een flinke tegemoetkoming in de loonbelasting tegemoet, daar over het verschil tussen de waarde in het economisch verkeer en de fiscale waarde van het PEB, geen loonbelasting én geen revisierente verschuldigd zal zijn.

Na afstempeling van de PEB, kan gekozen worden tussen afkoop van de (fiscale) pensioenvoorziening óf overstappen op een spaarvariant. Bij de afkoop-variant kan de DGA gebruikmaken van bovengenoemde kortingen én behoeft tevens geen revisierente betaald te worden.

Bij ondernemingen die kiezen voor de spaar-variant, blijft het geld in de onderneming en behoudt de DGA de reservering voor de oude dag. Belastingheffing vindt dan pas plaats bij uitkering. Door de verlenging van de afkooptermijn, kan de afkoop ook plaatsvinden in 2018 of 2019 als de financiële situatie (mogelijk) is verbeterd.

 

Wiebes heeft het ambitieuze plan om het wetsvoorstel nog in 2016 af te ronden, zodat de regeling per 1 januari 2017 in werking kan treden. Tevens heeft het kabinet het voornemen om de eerste schijf van de vennootschapsbelasting te verlengen van € 200.000 naar € 250.000 in 2018 en naar € 350.000 in 2021.

 

In het huidige voorstel zijn nog aantal onduidelijkheden, zoals over toestemming van de partner, de extern verzekerde pensioenen, behandeling van de reeds ingegane pensioenen en de systematiek van het pensioensparen. Hierover wordt meer verwacht in het wetsvoorstel welke met Prinsjesdag 2016 wordt gepresenteerd.


terug