Meer Nieuws

Nieuwsbrief van 29 maart 2019

Behandelde onderwerpen in deze nieuwsbrief:

Aandachtspunten bij aangifte Inkomstenbelasting 2018

Bij controle van de aangiften Inkomstenbelasting over 2018, heeft de Belastingdienst aangegeven extra kritisch te kijken bij de volgende situaties:

Er is recht op Kindgebonden Budget voor kinderen tot 18 jaar. Dit is een bijdrage naast de kinderbijslag. De hoogte van het Kindgebonden Budget is afhankelijk van het aantal kinderen in een huishouding en het gezinsinkomen. Daarnaast is slechts sprake van Kindgebonden Budget wanneer het vermogen een bepaalde grens (2019: € 114.776) niet bereikt heeft.

Kindgebonden budget opnieuw aanvragen

Wanneer er in het verleden aanspraak is gemaakt op Kindgebonden Budget, maar als dat om  bepaalde reden is beëindigd, dan kan het zijn dat u zelf weer Kindgebonden Budget moet aanvragen wanneer u er weer recht op heeft. De Belastingdienst heeft afgelopen jaren verzuimd om dit automatisch weer uit te keren.

Kindgebonden Budget voor 2018 en 2019 kan tot 1 september 2019 aangevraagd worden via www.toeslagen.nl. Voor misgelopen Kindgebonden Budget over de jaren 2013 tot en met 2017 onderzoekt de Belastingdienst nog hoe dit hersteld kan worden.

Compensatie transitievergoeding per 1 april 2020

Wanneer een werkgever een werknemer met een vaste dienstbetrekking ontslaat, heeft de werknemer recht op een transitievergoeding. De hoogte is afhankelijk van het aantal dienstjaren in vaste dienst. Een werknemer die (langdurig) arbeidsongeschikt is, mag niet worden ontslagen en het loon moet twee jaar doorbetaald worden. Wanneer de ongeschiktheid langer dan twee daar duurt, wordt de werkgever vrijgesteld van loondoorbetaling. Vanwege de transitievergoeding, vinden veel werkgevers het te kostbaar om een werknemer die langer dan twee jaar arbeidsongeschikt is te ontslaan. Er ontstaat dan een slapend dienstverband.

Werkgevers die wél een transitievergoeding hebben betaald aan ontslagen werknemers die langdurig arbeidsongeschikt waren (minimaal 2 jaar), kunnen vanaf 1 april 2020 hiervoor een compensatie aanvragen. Deze vergoeding wordt bij het UWV aangevraagd en geldt voor werkgevers die tussen 1 juli 2015 en 1 april 2020 de transitievergoeding hebben betaald. De aanvraag dient uiterlijk 30 september 2020 binnen zijn.

Ook transitievergoedingen die werkgevers ná 1 april 2020 aan langdurig arbeidsongeschikte werknemers betalen, zal het UWV op aanvraag compenseren. Het UWV beslist binnen 8 weken of de werkgever de compensatie krijgt.

Aanmelden nieuwe KOR kan per 1 juni 2019

Om de administratieve lasten te verlichten voor kleine ondernemers, is vanaf 2020 niet meer de KOR (Kleine Ondernemersregeling) maar de Omzetgerelateerde Vrijstellingsregeling van toepassing. Ondernemers met een omzet tot € 20.000 op jaarbasis, kunnen hier gebruik van maken.

Een ondernemer die kiest voor de nieuwe vrijstellingsregeling:

Zij kunnen zich aanmelden voor de Omzetgerelateerde Vrijstellingsregeling vanaf
1 juni 2019. Ondernemers die zich vóór 20 november 2019 aanmelden, kunnen van de regeling gebruik maken vanaf 1 januari 2020. Deze regeling geldt dan niet alleen voor de IB-ondernemers, maar nu ook voor andere rechtsvormen.

Ondernemers die nu al de KOR toepassen, hoeven zich niet aan te melden; dit wordt automatisch door de Belastingdienst gedaan.

Wordt er voor de nieuwe Vrijstellingsregeling gekozen, dan is dat voor een periode van minstens drie jaar.

Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) aangenomen

Met de Wet Arbeidsmarkt in Balans beoogt het kabinet dat vast werk minder vast wordt en dat flexwerk minder flexibel is. Er liggen momenteel voorstellen over de volgende onderdelen:

Ketenbepaling

Nu mag een werkgever aansluitend drie tijdelijke contracten aanbieden in twee jaar tijd. Het voorstel is om deze termijn te verruimen naar drie jaar.

Transitievergoeding

De hoogte van de transitievergoeding zal omlaag gaan, maar daar staat tegenover dat er reeds recht is op transitievergoeding vanaf de eerste dag van het dienstverband. Nu is dat vanaf twee jaar.

Cumulatiegrond bij ontslag

Er bestaat het voornemen om ook bij meerdere ‘halve’ (niet voldragen) ontslaggronden een ontbinding van het dienstverband te kunnen rechtvaardigen. Nu kan de Kantonrechter slechts het ontslag uitspreken bij tenminste één ‘voldragen’ aangedragen grond; dat wil zeggen: voldoende ernstig voor ontbinding.

Oproepovereenkomst

Met het opnemen van de oproepovereenkomst worden bepaalde zekerheden voor de oproepkracht ingebouwd. Zo moet een werkgever de werknemer minstens 4 dagen van te voeren oproepen. Als dit niet tijdig gebeurt, hoeft de werknemer er geen gehoor aan te geven. Wordt een oproep binnen 4 dagen weer ingetrokken, dan behoudt de oproepkracht het recht op loon over de opgeroepen periode. Na één jaar heeft de oproepkracht recht op een arbeidsovereenkomst voor het aantal uren dat hij gemiddeld heeft gewerkt.
Voor bedrijven die te maken hebben met seizoenswerk (horeca, campings, land- en tuinbouwbedrijven) kan per CAO afgeweken worden van deze regelgeving.

WW-premie

Voor jongeren onder de 21 jaar, die maximaal 12 uur per week werken, is de verhoogde WW-premie niet meer van toepassing.

Proeftijd

De verlenging van de proeftijd tot maximaal 5 maanden, bij contracten voor onbepaalde tijd,  is geschrapt. De vrees bestond dat werkgevers massaal het arbeidscontract vóór het einde van de proeftijd van 5 maanden zouden beëindigen.

Payroll

De payroller krijgt dezelfde arbeidsvoorwaarden als het eigen personeel van de inlener.

Wetsvoorstel Wet Excessief lenen bij eigen vennootschap

Staatssecretaris Snel van Financiën heeft onlangs het conceptwetsvoorstel Wet Excessief lenen bij eigen vennootschap voor internetconsultatie aangeboden. Deze consultatie duurt tot 1 april 2019.

Tijdens de Miljoenennota 2019 heeft het kabinet aangegeven té hoge schulden aan de eigen vennootschap te beperken en heeft gesteld dat daar sprake van is, wanneer er meer dan € 500.000 wordt geleend (excessief). Hiervan is ook sprake als de lening op zakelijke gronden is aangegaan.

In het wetsvoorstel worden deze “excessieve leningen” van eigen vennootschappen ontmoedigd. De maatregel houdt in dat leningen boven € 500.000 (voor de DGA én partner gezamenlijk) worden aangemerkt als inkomen uit aanmerkelijk belang (Box II). Leningen die zijn gebruikt voor de aankoop van de eigen woning tellen hierbij niet mee.

Deze wet moet op 1 januari 2022 in werking treden. Als peildatum voor de (excessieve) lening geldt 31 december 2021.


terug