Groeneveld | Nieuwsbrief van 25 september 2012

Meer Nieuws →

Nieuwsbrief van 25 september 2012

Behandelde onderwerpen in deze nieuwsbrief:

Flex-BV
Registratieplicht uitleners
Verzoek teruggave buitenlandse BTW
Overgangsregeling verhoogd BTW-tarief
Belastingplan 2013
Mantelzorgcompliment in de erfbelasting
Verhoging AOW-leeftijd

Flex-BV

Onlangs is het wetsvoorstel Wet vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht (ofwel de Flex-BV) aangenomen door de Eerste Kamer. Deze wet treedt inwerking met ingang van 1 oktober 2012. De belangrijkste wijzigingen in de wet zijn:

afschaffing van verplicht minimumkapitaal van € 18.000;
vermelding van maatschappelijk kapitaal in de statuten vervalt, evenals de eis dat ten minste 20% van het maatschappelijk kapitaal moet zijn geplaatst;
afschaffing van de blokkeringsregeling (aanbieden aan mede-aandeelhouders bij voorgenomen verkoop van aandelen);
afschaffing van bankverklaring bij de volstorting van aandelen in contanten, wanneer er geen activa werd ingebracht. Deze kapitaalbeschermingseis is dus komen te vervallen en het bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor voldoende kapitaal;
aandelen zonder stemrecht zijn mogelijk. Voor een vereist quorum is het niet vereist of aandeelhouders zonder stemrecht aanwezig zijn in een vergadering. Zij hebben echter wel het recht om aanwezig te zijn en agendapunten aan te dragen. Zij worden daarom wel meegeteld bij de bepaling van het aantal aandeelhouders dat mag verzoeken tot bijeenroeping van een aandeelhoudersvergadering (nieuwe wet: 10% geplaatst aandelenkapitaal; oude wet: 1%).
Indien bestaande Vennootschappen gebruik willen maken van bovengenoemde verruimingen, dan is dat mogelijk door aanpassing van de statuten via notariële acte.

Registratieplicht uitleners

Voor bedrijven die bedrijfsmatig- of niet bedrijfsmatig arbeidskrachten uitlenen, is het sinds 1 juli jl. verplicht zich als ‘uitlener van arbeidskrachten tegen vergoeding’ te registreren bij het Handelsregister. Deze registratieplicht is een aanvulling op de SNA-certificering in de uitzendbranche. Het doel van de registratieplicht is malafide uitzendbureaus aan te pakken en uitbuiting van werknemers tegen te gaan.

Wanneer u als inlener van arbeidskrachten tijdelijk personeel inhuurt, is het van belang dat u de uitlener van personeel controleert of deze geregistreerd staat, aangezien er ook voor de inlener risico’s bestaan op (hoge) boetes. Wanneer u namelijk als inlener personeel inleent van een niet-geregistreerde onderneming, bedraagt de boete bij een eerste overtreding € 12.000. Een volgende overtreding wordt met € 24.000 beboet, en een derde overtreding zelfs met € 36.000.

Naast registratieplicht bij de Kamer van Koophandel, is het tevens van belang dat de uitlener in het bezit is van het SNA keurmerk NEN 4400-1 (zie onze nieuwsbrief van 23 juli 2012).

Verzoek teruggave buitenlandse BTW

Indien u als ondernemer in een ander EU-land BTW hebt betaald, kunt u deze buitenlandse BTW terugvragen via de internetsite https://eubtw.belastingdienst.nl/vrca-applicant/ . Hiervoor heeft u inloggegevens nodig, die aangevraagd kunnen worden bij de belastingdienst (www.belastingdienst.nl/eubtw). Binnen vier weken na aanvraag ontvangt u de inloggegevens van de Belastingdienst. Het betreft hier andere inloggegevens als gebruikt worden bij het indienen van de reguliere BTW-aangifte.

Het teruggaafverzoek voor BTW die in 2011 in een EU-land is betaald, moet vóór 1 oktober 2012 zijn ingediend. Indien u te laat indient, kan het andere EU-land uw teruggaafverzoek weigeren. Wanneer u verzoekt om teruggave na afloop van het kalenderjaar, dient het BTW-bedrag minimaal € 50 te zijn. Als er per kwartaal wordt verzocht om teruggave, dan geldt een minimum teruggave van € 400.

Overgangsregeling verhoogd BTW-tarief

Het hoge BTW-tarief gaat per 1 oktober 2012 omhoog van 19% naar 21%. De maatregel houdt in principe in, dat het moment van levering van de dienst of goed bepaalt of 19% of 21% BTW berekend moet worden, en niet het moment waarop de factuur wordt uitgereikt.

In het wetsvoorstel voor het begrotingsakkoord 2013 staan de volgende overgangsmaatregelen genoemd:

Er wordt 19% BTW berekend als het goed of dienst vóór 1 oktober 2012 is geleverd;
Er wordt 21% BTW berekend als het goed of dienst ná of op 1 oktober 2012 wordt geleverd. Als vóór die datum de factuur wordt uitgereikt of de betaling wordt ontvangen, wordt er 19% BTW afgedragen. Op 1 oktober is dan echter nog het verschil tussen 21% en 19% verschuldigd; dat bedrag wordt in de BTW-aangifte van oktober of het vierde kwartaal aangegeven;
Als er ná 30 september een onroerend goed geleverd op basis van een vóór 1 oktober gesloten overeenkomst tegen een vergoeding in termijnen, dan blijft het BTW-tarief over de vóór 1 oktober vervallen termijnen 19%;

Er komt een overgangsregeling voor nieuwbouwwoningen die zijn gekocht vóór 28 april 2012, met een opleveringsdatum ná 30 september. Deze regeling houdt in dat het 19%-tarief blijft gelden voor alle termijnen tot 1 oktober 2013.

Belastingplan 2013

De partijen VVD, CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie sloten in mei 2012 het zogenaamde Begrotingsakkoord, een fiscaal crisispakket met de bedoeling de overheidsfinanciën weer op orde te krijgen. Dit Begrotingsakkoord vormt de basis voor het Belastingplan 2013. Hierin staan onder andere maatregelen op het gebied van de woningmarkt, woon-werkverkeer en het bedrijfsleven. Onderstaande plannen zijn nog niet definitief, en zullen afhankelijk van de kabinetsformatie hun verloop vinden.

Woningmarkt

Huiseigenaren die na 1 januari 2013 een nieuwe hypotheek aangaan, moeten deze leningen in maximaal 30 jaar volledig en tenminste annuïtair (maandelijks een vast bedrag voor rente en aflossing) aflossen. Alleen dan heeft de huiseigenaar recht op aftrek van hypotheekrenteaftrek. Dit betekent dat het recht op hypotheekrenteaftrek vervalt bij een aflossingsvrije hypotheek én bij een hypotheek waarbij gelijktijdig wordt gespaard voor aflossing na 30 jaar (zgn. spaarhypotheek).
Voor bestaande hypotheken blijft de aftrek onveranderd, ook bij oversluiten. Als een bestaande hypotheek wordt verhoogd (bijv. bij verbouwing of aankoop duurdere woning) dan gelden de nieuwe regels voor het extra bedrag dat bijgeleend wordt.
De dubbele hypotheekrenteaftrek (voor nieuwe woning en woning die te koop staat) blijft in 2013 ook bestaan, maar wordt beperkt van 3 jaar naar 2 jaar.
Voor nieuwe hypotheken (ook de verhogingen) geldt dat in 2018 de maximale omvang van de hypotheek niet hoger mag zijn dan de marktwaarde van de woning (Loan to Value, LTV = 100%).
Nieuw afgesloten kapitaalverzekeringen en spaarrekeningen voor de eigen woning, komen met ingang van 1 januari 2013 niet meer in aanmerking voor vrijstelling in Box I.
Verhuurders van woningen in de gereguleerde sector, betalen vanaf 2013 een heffing over de waarde van de huurwoningen, waarvan de huur lager is dan de grens voor de huurtoeslag. Deze grens is in 2012 € 665,66. Het gaat hierbij om verhuurders die meer dan 10 woningen verhuren in de gereguleerde sector. De situatie per 1 januari is bepalend. De heffing, de zgn. verhuurdersheffing, is afhankelijk van het aantal woningen en de WOZ-waarde van de betreffende woningen.

Woon-werkverkeer

De onbelaste vergoeding die werknemers ontvangen voor gemaakte reiskosten voor woon-werkverkeer, wordt vanaf 2013 belast naar de tarieven van Box I. Dit geldt voor alle vormen van vervoer. De werkgever kan er wel voor kiezen de werknemer (een deel) te vergoeden uit de vrije ruimte van de werkkostenregeling. NB. Een (onbelaste) fiets van de zaak is in 2012 en 2013 nog mogelijk, wanneer nog niet wordt deelgenomen aan de werkkostenregeling!
Ambulante werknemers (bijv. loodgieters of wijkverpleegkundigen) hebben geen vaste werkplek en hun reiskosten worden om die reden niet gezien als woon-werkverkeer. De vergoeding hiervoor blijft dus onbelast. Wanneer langer dan een jaar naar dezelfde plek wordt gereisd, wordt dit gezien als woon-werkverkeer.
Voor werknemers die in een auto van de zaak rijden, worden vanaf 1 januari 2013 de woon-werkkilometers als privékilometers aangemerkt. Deze tellen dan mee bij de bepaling van de bijtelling (bij meer dan 500 km per jaar).
Voor bestaande auto’s van de zaak waarmee nu minder dan 500 km privé wordt gereden geldt overgangsrecht als deze auto’s voor medio mei 2012 al in gebruik waren. Het overgangsrecht geldt tot en met 2016. In die gevallen kan een kwart van de normale bijtelling gelden. Dit geldt niet alleen voor lease-auto’s maar ook voor auto’s die op de bedrijfsbalans staan. De overgangsregeling geldt zowel voor werknemers als ondernemers.

Overige fiscale maatregelen

Overdrachtsbelasting: Als eigenaren van een woning of bedrijfspand doorverkopen, kunnen zij een vermindering van de betaalde overdrachtsbelasting claimen. De doorverkooptermijn is verlengd van 6 maanden naar 36 maanden. Met deze maatregel wil het kabinet de vastgoedmarkt tegemoetkomen. Deze maatregel loopt van 1 september 2012 tot 1 januari 2015.
Bestrijding belastingfraude: Fraudeurs die bij ‘Toeslagen’ tweemaal de fout ingaan, ontvangen vanaf 2013 een boete van 150%. Deze boete wordt verrekend met de nog te ontvangen Toeslag. Uitbetaling van Toeslagen wordt stopgezet, wanneer iemand niet reageert op het verzoek om buitenlands inkomen op te geven. Ten slotte wordt de Afdrachtsvermindering Onderwijs aangepast, om onbedoeld gebruikt tegen te gaan.

Bedrijfsleven

Er wordt gewerkt aan een soepeler en eenvoudiger beleid van uitstel van betaling voor ondernemers. Onder bepaalde voorwaarden kan kort uitstel op schriftelijk of telefonisch verzoek plaatsvinden voor maximaal 4 maanden na de laatste vervaldag van de aanslag. Het gaat hierbij om openstaande belastingaanslagen tot maximaal € 12.000.
Notariële akten worden elektronisch geregistreerd, waardoor betere communicatie plaatsvindt tussen notaris en Belastingdienst.

Tariefswijzigingen

Tarief 1^e belastingschijf wordt verhoogd van 1,95% naar 5,85% in 2013.
Tarief 2^e belastingschijf wordt verhoogd van 10,80% naar 10,85% in 2013.
Algemene heffingskorting gaat omlaag van € 2.033 naar € 2.001 in 2013.
Algemene heffingskorting 65+ gaat omhoog van € 934 naar € 1.034 in 2013.
De maximale arbeidskorting gaat omhoog van € 1.611 naar € 1.723 in 2013.
De ouderenkorting stijgt in 2013 door het Uniforme Loonbegrip naar € 1.032.
Er komt een nieuwe ouderenkorting voor ouderen met een inkomen hoger dan € 35.450 van
€ 150.
De alleenstaande ouderenkorting, de inkomensafhankelijke combinatiekorting, de alleenstaande ouderkorting en de jonggehandicaptenkorting blijven gelijk.
De aftrek voor scholingsuitgaven wordt limitatief beperkt en de ‘normbedragensystematiek’ komt te vervallen.
De aftrek voor zorgkosten worden verder beperkt. Indien specifieke zorgkosten niet meer worden vergoed binnen het basispakket, zijn zij ook niet meer aftrekbaar.

De hier bovengenoemde maatregelen zijn nog niet definitief; afhankelijk van kabinetsformatie en parlementaire behandeling.

Mantelzorgcompliment in de erfbelasting

Inwonende meerderjarige kinderen die kunnen aantonen dat zij aan hun ouders mantelzorg verlenen kunnen voor de erfbelasting onder voorwaarden als ‘partner’ worden aangemerkt. Daardoor komen zij bij een erfenis in aanmerking voor een vrijstelling van € 603.000 i.p.v. € 19.114, het zgn. mantelzorgcompliment.

Voorwaarde hiervoor is dat het inwonende kind in het kalenderjaar, voorafgaand aan het jaar van overlijden, van de ouder een zgn. Mantelzorgcompliment heeft ontvangen én aan de volgende voorwaarden voldoet:

Inwonend kind heeft een mantelzorgcompliment ontvangen;
Ouder en kind hebben voorafgaand aan het overlijden minstens 6 maanden een gezamenlijke huishouding gevoerd;
Ouder en kind staan op het zelfde woonadres ingeschreven;
Ouder en kind zijn beiden meerderjarig;
Vanaf 1 januari 2012 zijn ouder en kind een notariële overeenkomst aangegaan met daarin wederzijdse zorgverplichting; Deze overeenkomst is minstens 6 maanden oud. Deze verplichting geldt niet wanneer ouder en kind meer dan 5 jaar aaneengesloten op hetzelfde adres staan ingeschreven;
Ouder en kind hebben geen andere (fiscale) partner;

Een mantelzorgcompliment is een symbolische vergoeding van € 200 per jaar (2012), waarop een mantelzorger, op voordracht van degene die de mantelzorg ontvangt, aanspraak op kan maken. Dit bedrag wordt door de SVB uitgekeerd.

Een mantelzorgcompliment kan aangevraagd worden via www. svb.nl indien de zorgvrager een indicatie heeft voor AWBZ-zorg aan huis, deze indicatie is afgegeven door Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of Bureau Jeugdzorg (BJZ) en als de indicatie is afgegeven voor minimaal 53 weken, ná 1 augustus 2009.

Verhoging AOW-leeftijd

Zoals wellicht bekend gaat de AOW-gerechtigde leeftijd omhoog. Wanneer u in 2012 65 jaar wordt, ontvangt u uw AOW op uw verjaardag. In onderstaande tabel kunt u vinden wanneer u voor het eerst AOW ontvangt, wanneer u na 2012 de 65-jarige leeftijd bereikt:

Geboren in de periode:	Start AOW-uitkering:	Leeftijd waarop AOW ingaat:
Vóór 01-01-1948	2012	65 jaar
Na 31-12-1947, voor 01-12-1948	2013	65 jaar + 1 maand
Na 30-11-1948, voor 01-11-1949	2014	65 jaar + 2 maanden
Na 31-10-1949, voor 01-10-1950	2015	65 jaar + 3 maanden
Na 30-09-1950, voor 01-08-1951	2016	65 jaar + 5 maanden
Na 31-07-1951, voor 01-06-1952	2017	65 jaar + 7 maanden
Na 31-05-1952, voor 01-04-1953	2018	65 jaar + 9 maanden
Na 31-03-1653, voor 01-01-1954	2019	66 jaar
Na 31-12-1953, voor 01-10-1954	2020	66 jaar + 3 maanden
Na 30-09-1954, voor 01-07-1955	2021	66 jaar + 6 maanden
Na 30-06-1955, voor 01-04-1956	2022	66 jaar + 9 maanden
Na 31-03-1956, voor 01-01-1957	2023	67 jaar